Zeeleeuw

Het schorre gebrul van het zeeleeuwenmannetje (12/50)

Dieren kunnen met hun geblaf, gebrul of geschreeuw voor geluidshinder zorgen. Anderzijds zijn er ook dieren die last hebben van ‘ons’ geluid. Broedende vogels bijvoorbeeld. Het meten van alles wat met ‘dier & geluid’ te maken heeft, is één van de specialismen van Richard Florentinus en Edwin Nieuwenhuizen. Een interview over de toegestane blaftijd, naar helikopters brullende leeuwen en stenen werpende meeuwen.

Het ging zowat de hele nacht door: op orkaansterkte brulde het enige zeeleeuwenmannetje in Artis zijn harem toe. Omwonenden lagen er wakker van, zo luid en storend klonk het schorre gebrul. Dit leidde tot klachten. ‘We hebben zodoende akoestische onderzoek verricht en verschillende maatregelen onderzocht’, vertelt Edwin. ‘Een oplossing is niet eenvoudig, want er wordt veel belang gehecht aan de leefomgeving van de dieren. Het moet zo natuurlijk mogelijk zijn. Uiteindelijk heeft Artis besloten de zeeleeuwenman over te plaatsen naar een andere dierentuin.’

Blaftijd
Ook honden kunnen aardig wat lawaai produceren. Een bezoekje aan een kennel of dierenpension kan nog lang nasuizen in je oren. ‘Er zijn voor zo’n dierenverblijf kengetallen voor de geluidsproductie van honden’, legt Richard uit. ‘Het gaat daarbij om het volume en de duur van het geluid – de “blaftijd”. Er zijn allerlei factoren die meespelen, waaronder het type buitenverblijf, de roedelgrootte en het formaat van de honden. Kleinere honden hebben immers een ander stemgeluid dan grotere. Wil je een kennel uitbouwen, dan kunnen we advies geven hoe het geluid binnen de perken kan blijven. Meestal doen we dat door alle gegevens in een rekenmodel te stoppen. Het kan ook zijn dat er klachten van omwonenden komen, zoals bij het Artis-voorbeeld van Edwin. In dat geval gaan we meten.’

Gras-eetgeluiden
In de bovenstaande gevallen zijn de dieren de bron van geluidshinder. Maar het gebeurt ook dat de metingen zelf verstoord worden door dierengeluiden. ‘Dat hoeft niet eens een hard geluid te zijn’, vertelt Edwin. ‘Ik heb wel eens meegemaakt dat 25 meter van onze meetlocatie een kudde koeien aan het grazen was. Ze rukten het gras uit de grond en dat stoorde onze metingen…’ Er is ook nog een derde categorie: dieren die gestoord kunnen worden door ‘ons’ geluid. Edwin: ‘Metingen naar de impact van geluid op flora en fauna gebeurt vooral bij MER-projecten (Milieu Effect Rapportage). De vraag is dan bijvoorbeeld of het geluid van windturbines niet te storend is voor broedende vogels. Soms moeten extra geluidsreducerende maatregelen worden getroffen of is het nodig om het verlies aan natuurwaarden te compenseren.’

Je steekt aardig wat op als je met Richard en Edwin praat. Zo zorgen trompettende olifanten voor het grootste volume, maar wordt dit niet als overlast ervaren. ‘En als er een ambulance langs Artis rijdt, huilen de wolven mee met de sirene’, vertelt Richard. ‘De leeuwen gaan brullen als er een helikopter overvliegt.’ Het maakt het werk van beide mannen extra interessant. Dierengedrag kan echter ook voor gevaarlijke momenten zorgen. Zo stuitte Edwin bij een meting op een dak op een zwerm meeuwen. Die voelden zich kennelijk bedreigd en begonnen de indringer met stenen te bekogelen. ‘De volgende keer draag ik een helm’, aldus Edwin.