Emplacement Spurt

Op je plek op een emplacement  (40/50)

Als je werk maakt van geluiden op een spoorwegemplacement, vliegen je allerlei afkortingen om de oren die voor een leek niet altijd even duidelijk zijn. In de loop der jaren hebben Thijs van Bon en Saskia Hardeman deze wereld van binnen en buiten leren kennen. En ze zijn er trots op dat M+P als grote expert op dit terrein wordt gezien.

Een emplacement is het gedeelte van een station of een opstelterrein waar treinen stoppen, starten, rangeren, elkaar kruisen, technisch onderhoud krijgen, worden gerepareerd en worden schoongemaakt. Wat de rol van M+P is op deze plek? Het eerste waar Saskia aan denkt is het DGM, het Dynamisch Geluidmodel, dat M+P voor ProRail heeft ontwikkeld om grip te krijgen op het geluid van emplacementen. Want bij alle bovengenoemde acties en systemen die een trein inschakelt, wordt heel wat geluid geproduceerd en om overlast voor de omwonenden zoveel mogelijk te beperken mag dat geluid het volgens de wettelijke regels vastgestelde niveau niet overschrijden.

Van ‘kedeng kedeng’ tot SCS
Volgens Thijs voerde M+P eind jaren 80 al opdrachten uit voor de NS. “Dat was nog voordat ProRail de infrastructuur ging beheren. De eerste versie van een DGM voor een emplacement was een Excelmodule, begin jaren 2000. Toen ik achttien jaar geleden in dienst kwam heb ik daar nog aan gewerkt. Op dit moment wordt door ProRail nog steeds de Windowsapplicatie gebruikt die M+P rond 2012 begon te ontwikkelen. Met de veelal voegloze sporen van tegenwoordig is het bekende ‘kedeng kedeng’-geluid een stuk verminderd, maar het hoge piepgeluid van een wisselboog is nog steeds een belangrijke bron van hinder bij emplacementen. Het inschakelen van het SCS, Stationair Conditioneringssysteem, waarbij een product op de spoorwissels wordt gespoten, kan dan een oplossing zijn.”

Deze wereld leren kennen
Toen Saskia ruim vijf jaar geleden als geluidadviseur werd betrokken bij spoorwegemplacementen, kwam ze in een hele nieuwe wereld terecht waar ze zich allerlei nieuwe begrippen en rekenmethodes eigen moest maken. “Het was even wennen, maar de opdracht voor ‘mijn eerste eigen’ emplacement in Utrecht was echt een omslag. Voor het eerst was ik van begin tot eind betrokken bij een onderzoek en ik begon de afkortingen die iedereen om me heen gebruikte te begrijpen. Als ik nu over Station Utrecht loop, voelt het haast alsof ik door mijn eigen geluidsmodel wandel.”

Rekenen met Representatieve Bedrijfssituaties
“Van allerlei processen die gebeuren op een emplacement maakt ProRail een RBS, een Representatieve Bedrijfssituatie”, legt Saskia uit. “Die situaties wisselen nog wel eens. Vroeger werd per bedrijfssituatie een nieuw rekenmodel gemaakt, maar met behulp van het DGM is het tegenwoordig een efficiënt gestandaardiseerd en grotendeels geautomatiseerd proces. We koppelen geluiden uit een bronnenlijst aan een basismodel en geven dan een bedrijfssituatie van ProRail in waarin staat wat er waar gebeurt. Met dat basismodel en de bedrijfssituatie samen wordt vervolgens de geluidbelasting berekend. Het voordeel is dat als ProRail iets wil wijzigen in haar processen, enkel de bedrijfssituatie hoeft te worden aangepast en dat ze dan gemakkelijk zelf kunnen berekenen of ze met die wijziging de geluidvoorschriften uit de vergunning overschrijden.”


Thijs op de plek van de machinist

Nieuwe ontwikkelingen
Het werk aan het DGM wordt nu afgerond. Thijs vertelt waarom: “Met de komst van de Ow, de Omgevingswet, gaat er iets veranderen. Straks is niet alleen het geluid van rijdende treinen binnen de dienstregeling opgenomen in het geluidregister, maar ook het geluid van de rangerende en stilstaande treinen op de emplacementen. Het geluidregister is hierop aangepast door collega’s Ard Kuijpers en Erik van Gils, waarmee de functie van het DGM er in is verwerkt.” Saskia vult aan: “Emplacementgeluiden waren tot nu toe in de vergunningen van gemeenten opgenomen en nu wordt het een landelijk beheersysteem. Dat is niet alleen spannend voor ProRail, maar ook voor de vervoerders, gemeenten en omwonenden.”

Het sleutelen aan geluidmodellen is nuttig maar volgens Saskia soms wat saai, al vindt Thijs het wel rustgevend met een koffietje erbij. Leuker is het om ’s nachts metingen te doen op een emplacement. Ook wel spannend en een hele organisatie om de juiste trein op de juiste plek te krijgen, samen met een veiligheidspersoon en een technicus die ervoor zorgt dat de juiste systemen worden ingeschakeld. “Maar dat wij dan gewoon mogen vragen of ze dat grote gevaarte even voor ons op en neer willen rijden”, lacht Thijs, “dat is wel mooi!”